Het boek werkt van eenvoudige naar moeilijke vormen van gesprekken. Bij de nulmeting leg je vast hoever je bent bij het begin van het leerproces. Voer een probleemverhelderend gesprek met iemand uit je omgeving. Vraag hem of hij ergens ontevreden over is. Luister naar zijn vraag en probeer die samen helder te krijgen en bekijk samen wat er met die vraag het beste kan gebeuren.
Neem het gesprek op. Luister het gesprek terug. Type het begin van het gesprek uit (een à twee bladzijden) en schrijf op wat je goed vond van jouw inbreng en waar je vindt dat je anders had kunnen reageren.
Bespreek het gesprek en je reflectie met een collega, iemand die dezelfde opleiding volgt als jij of iemand anders die interesse heeft in het voeren van gesprekken. Leg de uitkomsten van dat gesprek schriftelijk vast.
Bewaar de opname en de uitgeschreven tekst. Bewaar je schriftelijke reflectie op het gesprek en het verslag van de bespreking.
Nadat je de volgende opdrachten en oefeningen hebt afgerond en dus beter bent geoefend in het voeren van gesprekken, kijk je nog eens terug naar deze nulmeting. Beoordeel dit gesprek nog eens vanuit de ervaring die je ondertussen hebt opgedaan. Wat kun je zeggen over de vaardigheden die je hebt verworven?